voeding

 Zebravinken voeden zich om hun lichaam te onderhouden, zich te kunnen bewegen, hun lichaam warm te houden, hun jongen te voederen, enz.Denk maar aan de energie en de bouwstoffen die nodig zijn om het verenkleed te vervangen tijdens de rui.

Die voeding wordt door de zebravink omgezet in bouwstoffen en in energie. Die omzetting gebeurt tijdens de doorgang van die voeding in het spijsverteringsysteem dat begint in de krop en eindigt in het darmstelsel. In de krop wordt het voedsel gebroken door het malen - met kiezel - en door de inwerking van zuren. In de maag gaat dit proces op een analoge wijze verder zodat de stoffen die in de darmen terecht komen voldoende klein zijn om via de darmwand in de bloedbanen te komen en zo naar alle delen van het vogellichaam getransporteerd te worden. In de lichaamscellen gebeurt dan de ontrafeling in de basisstoffen en de assemblage van de nodige bouwstenen. Dit procédévan afbraak van de voeding tot basisstoffen en de assemblage van bouwstenen vergt energie en vergt hulpmiddelen.. We kunnen dit vergelijken met een liefhebber die kweekkooien oplapt.Hij zal hout op de juiste afmetingen moeten zagen, stukken van de kooi moeten wegnemen, daarbij hamer, tang, zaag gebruiken en energie in dat werk moeten steken.

De bouwstenen in de voeding zijn de eiwitten. Er zijn plantaardige en er zijn dierlijke. De plantaardige vindt men in zaden en de dierlijke kunnen via insecten aan de zebravinken aangeboden worden. Die eiwitten ontrafelt de zebravink tot aminozuren. Die aminozuren worden in twee soorten opgedeeld:

·         Niet essentiële die de vogel zelf kan aanmaken en meestal in

voldoende mate in de voeding vindt

·         Essentiële die de vogel niet zelf kan aanmaken en bijgevolg

moet halen uit de voeding

Vetten, oliën en koolhydraten zorgen voor de energie

Oliën en vetten bevatten 9 calorieën per gram en koolhydraten bevatten 4 calorieën per gram. Die stoffen komen voor in zaden. Koolhydraten zitten daarin opgeslagen onder de vorm van suikers en zetmeel.

Voor het transport van die voedingstoffen zijn verschillende middelen naargelang de plaats van het transport. Van uit de krop door de darm naar de darmen speelt water een hoofdrol. In de darmen gebeurt de voorstuwing enigszins door de peristaltiek (de darmbeweging). Die peristaltiek door ruwe celstof. Die ruwe celstof vindt de vogel in de zemelen (pel van de zaden). In de bloedbaan wordt het transport uitgevoerd door koppeling van de eiwitten aan sporenelementen. Die sporenelementen vindt men terug in mineralen. Uit die mineralen haalt de zebravink ook calcium en fosfor (massa-elementen) die hij gebruikt voor de opbouw en het onderhoud van zijn beendergestel.

Maagkiezel en schelpengrit

Onze zebravink heeft beide nodig. De kiezel wordt in de krop en de maag gebruikt om het voedsel te malen. Geef zebravinken fijnkorrelige scherpe maagkiezel.

Schelpenzand kan men als bodembedekker gebruiken hierin zitten gemalen oesterschelpen zebravinken gebruiken die op om hun beendergestel te onderhouden. Poppen nemen er extra van om tijdens de leg eierschalen te produceren. Zorg er daarom voor dat uw zebravinken naast een laag schelpenzand op de bodem ook steeds de beschikking hebben over een potje schelpengrit.

Sepia de ruggengraat van de sepia inktvis is ook een goede bron van kalk. Deze grote witte schelpen zijn in de handel verkrijgbaar.